briefgeheim
Ik schrijf jou als ware wij geliefden.
Ik deel met jou mijn meest diepste en intense verlangens.
Dingen die ik mee maakte en dingen die ik wens en waar ik van droom.
Vanuit mijn hart geschreven.
Slechts op papier bestaan jij en ik. Dus er is altijd die smaak naar meer.
Ken je dat?
Dat gevoel van smachten naar?
Verlangen naar verlangen.
Jou echt te leren kennen.
Voelen.
Kussen.
Meer. Van dat.
Op papier kan het.
Op papier lukt het.
Ik stel me voor hoe het is en hoe het voelt.
Als jij hier echt bent en ik ook.
Als jij mij niet hoeft te lezen, maar ik aan je kan vertellen, mag vertellen. Of je voorlees.
Hoe zou het zijn? Als ik jou zag?
Zouden we lachen samen? Onbedaarlijk en puur, zoals ik me dat vaak voorstel?
Mag ik bij je huilen? Kan dat ook?
Kus je mijn wimpers? Zelfs als ze nat zijn van mijn tranen?
Streel je mijn wang en kijk je me aan? Trek je mij naar je toe?
Kus je me als nooit tevoren, want ‘hiervoor’ bestond immers niet? Bestonden wij nog niet. Tabula rasa, hoeveel en hoezeer ik jou ook schrijf, een onbeschreven blad, die schone lei, dat zijn wij.
Ik stel me voor hoe intens we kussen, elkaar tongen. Heerlijk en vrij en geil en geiler.
Ik probeer dat moment zo helder voor me te zien, nu.
Alsof ik je echt aanraak, zie, je ogen, die lachen en je mond ook.
Hoe je me langzaam uitkleedt en ik jou.
Hoe we dat langzame niet volhouden en dat dat komt door het tongen. De mate van intensiteit waarmee we elkaar kussen, bepaalt het tempo waarmee wij ons van onze kleding ontdoen.
Binnen de kortste keren zijn we naakt.
Kortste keren wordt langste keer. Langste keer wordt nog een keer.
Ik kijk naar jou uit, wist je dat?
Ik kijk uit naar je stralende ogen, je glimlach van oor tot oor, je puurheid, je passie, je geilheid, je mond, je lippen, je tong, je pik, je erectie, mijn mond, mijn tong, mijn kutje, mijn kontje.
Ik weet niet wanneer ik jou ontmoet.
Maar ik blijf je schrijven.
Ik blijf je dromen.
Ik blijf je echt van alles wat mooi, stout, lief, alles tezamen is, totdat op een dag jij ook blijft.
En dan ‘blijven’ we allebei en ik kan alleen maar hopen en durven en wensen dat dat in dezelfde ruimte is. Waar tijd van marginaal belang is en de liefde regeert.
Pas dan en alleen dan durf ik je in al mijn naakte kwetsbaarheid te vragen: ben ik nu echt van jou en jij van mij?
N/A
Alle illustraties door Puck Rietveld